In gesprek met Corné van Iersel ”Seize the day.”

In gesprek met Corné van Iersel ”Seize the day.”

over Oeteldonk, Henk van Laarhoven, de kwalitatieve actuaris, letterhakken en varen, veel varen…  


Corné (56) bekleedt op dit moment de positie van Beleidsadviseur op het bureau van het Koninklijk Actuarieel Genootschap en Actuarieel Instituut. In deze senior beleidsadviesrol richt hij zich onder meer op de domeinen Data Science, Zorgverzekeringen, Enterprise Risk Management, Verzekeringen, Duurzaamheid en Sterftetafels. Voorts is hij de linking pin van de Nederlandse actuariële beroepsvereniging voor koepelorganisaties als de NBA en het Verbond van Verzekeraars, DNB, relevante ministeries en universiteiten, actuariële studentenverenigingen en verschillende kennisinstituten. Ook is hij lid van de Centrale Examen Commissie (CEC) van het Actuarieel Instituut en was hij lid van de Examencommissie van de EMAS (Executive Master in Actuarial Science). Daarvoor was hij actuarieel inhoudelijk actief als senior actuaris bij onder meer a.s.r. (Insurance Risk & Value Management) en Delta Lloyd en was hij Quality Manager & Actuarial Consultant bij Domenica. Voorts houdt hij zich bezig met beeldhouwen en zijn sleepvlet en was Corné een aantal jaren voorzitter van Mensa, de vereniging van hoogbegaafden, voorzitter van de plaatselijke hockeyclub en penningmeester van de kunstroute in de gemeente Heusden..  

 Interview: Anno Bousema, partner Financial Assets Actuarial Executive Search.
Dit is het 22e interview in een reeks van 25 gesprekken met actuarieel professionals, die gepubliceerd worden op actuaris.nl en LinkedIn.

Studie Rechten

We hebben voor de lunch afgesproken in Wijchen, onder de rook van Nijmegen. In Volendam wonen relatief de meeste actuarissen, ik schreef daar eerder over in het interview met Pim van Diepen, maar in Wijchen woont tenminste één actuaris die ik ken. De gekozen lunchlocatie heeft geen relatie met de woonplaats van Corné (Haarsteeg) en van met die van mij (Rhenen), maar is gekozen omdat Corné zich na ons gesprek naar het college van een van de modules van zijn rechtenstudie aan de Rechtenfaculteit van de Radbouduniversiteit zal spoeden. Hij is een jaar geleden aan deze studie begonnen, redelijk spontaan en uit interesse, “Superinteressant en het houdt je van de straat”, glundert de goedlachse verse rechtenstudent. Het wordt een boeiend en, hoewel ik Corné al lang en goed ken, ook een verrassend gesprek. Want je bemerkt als je twee uur 1 op 1 met elkaar de diepte ingaat, dat er, hoewel je al veel persoonlijke gesprekken met elkaar hebt gevoerd en intensief en open met elkaar bent opgetrokken, ook weer nieuwe en onbekende informatie boven tafel komt. We beginnen bij de roots van Corné, en begeven ons naar het bourgondische Brabantse land, waar zijn wieg stond en hij opgroeide.     

Oeteldonk

Corné is geboren en getogen in Den Bosch, de hoofdstad van Noord-Brabant, die tijdens de carnavalsperiode wordt ongedoopt in Oeteldonk. Hij zag het daglicht op 27 april 1967, dezelfde datum als onze koning (“Nee, ik sta niet aan de kant van de weg in Den Haag tijdens Koningsdag.”). Corné is de oudste van twee kinderen, zijn broer is vierenhalf jaar jonger. Het gezin Van Iersel woonde in Den Bosch tegenover het Jeroen Bosch Ziekenhuis. “Ik stam uit een van oudsher arbeidersmilieu, mijn opa’s waren metselaar of vuilnisman. Mijn vader heeft zich stap voor stap verder op eigen kracht ontwikkeld, hij wilde verder komen; een typisch voorbeeld van het verhaal van het dubbeltje en het kwartje.” Na zijn start als Kortverband beroepsmilitair (KVV‘er) bij de infanterie heeft vaders het avond Atheneum gedaan. Na zijn vertrek uit het leger kon hij op basis van deze opleidingen als controller beginnen bij de Bank van Lanschot. Zijn moeder heeft de Mulo gedaan. Ze had, voor die tijd gebruikelijk, een traditionele en vooral faciliterende rol in het gezin. Het gezin besloot om uit Den Bosch te verhuizen en zich te vestigen in Oud Heusden, om niet veel later neer te strijken in een nieuwbouwwijk in Vlijmen.   

CITO score 550

Op de lagere school ging het Corné allemaal erg gemakkelijk af. Hij doorliep die dorpsschool in Vlijmen dan ook moeiteloos. Hij speelde veel buiten: slootje springen, vissen, voetballen en belletje lellen. Een zorgeloos mannetje, redelijk volgzaam, dat zich soepel aanpaste in een zijn veilige dorpse omgeving. In de 6e klas haalde hij bij het Citotest de hoogst mogelijke score van 550 en kreeg een Gymnasium advies. Maar het werd uiteindelijk toch de brugklas Havo/VWO omdat zijn ouders dat liever wilden. Op de scholengemeenschap begon hij op de Havo. Echt veel zin in leren had de jonge puber niet, met een 6 gemiddeld ga je toch ook over? In de vierde klas blijft Corné zitten. Hij kon het tot die tijd allemaal veel te makkelijk, doorliep de eerste 3 klassen met twee vingers in de neus. Behoefde nooit huiswerk te maken en dat brak hem op in de vierde. “Geloof het of niet, maar ik bleef opmerkelijk genoeg hangen op de vakken economie en wiskunde (sic!). Er kwam echter een omslag toen hij twee nieuwe leraren voor de vakken wiskunde en economie kreeg. Zij motiveerden hem dusdanig dat hij vanaf hun docentschap alleen nog maar hoge cijfers voor deze vakken behaalde. Door deze gedreven docenten die bij hem een snaar raakten, was het kwartje was gevallen. Met verder vier talen in zijn pakket, “je kunt het een pretpakket noemen”, slaagde hij met vlag en wimpel. Hij zocht een hogere duikplank en vervolgde zijn schoolloopbaan met Atheneum A. Na in totaal 8 jaar middelbare school zwaaide Corné af met een VWO-diploma, je kunt hem gerust een laatbloeier noemen.

Econometrie leren leren

Het was wiskundedocent Henk van Laarhoven die Corné in Havo 4 en 5 zo stimuleerde en tot grote hoogte dreef. Deze bevlogen docent adviseerde hem in klas 6 VWO om econometrie te gaan doen. En zo geschiedde: Corné werd student aan de KUB in Tilburg. Daar moest hij echt leren leren, en dat ging niet vanzelf. Na een moeizame en stroeve start kwam hij steeds beter op stoom. Na het eerste jaar overwoog hij nog wel even of hij wel door moest gaan. Maar dat duurde niet lang en hij besloot er vol voor te gaan. Het tweede tot en met het zesde studiejaar gingen niet vanzelf, hij moest er hard voor werken, maar met wilskracht en doorzettingsvermogen behaalde hij alle vakken. Na 6 jaar hard werken studeerde Corné als econometrist af, met als specialisatie Operational Research, zijn thesis ging over winstmarges bij de Heidemaatschappij. 

Actuaris by Education, rather than by heart

De meeste actuarieel professionals werken bij  verzekeraars, pensioenfondsen, in de consultancy en bij DNB. Maar er komen steeds meer andere werkterreinen bij waar actuarissen van grote waarde zijn. De Engelsen bij het Institute of Actuaries noemen dit de ‘wider fields of the profession’. Zo ook Corné, die stap naar een beleidsmatige positie maakte. “Ik ben geen diehard actuaris maar veel meer een ‘kwalitatieve actuaris’, zoals een van mijn gewaardeerde collega’s mij ooit noemde.” Hij is meer gericht op de uitkomst en toepassing van de rekensommen en de analyses. “Ik benader de problematiek integraal en kijk naar dwarsverbanden.” Hij houdt erg van uitleggen en het laten zien van de toepassing op basis van de analyses, zijn passie ligt bij doceren, opleiden en mensen meenemen in hun ontwikkeling. 
 Zijn actuariële carrière begon bij de consultancy firma Domenica waar hij een aantal vakken van de opleiding tot Actuarieel Rekenaar doceerde. In de avonduren volgde hij aan het Actuarieel Instituut achtereenvolgens de opleidingen Actuarieel Rekenaar, Actuarieel Analist en Actuaris. Corné behoorde tot de eerste lichting studenten die vanaf 1996 de kersverse vernieuwde opleidingen, waarin de nodige kinderziektes voorkwamen, volgde.
 Na zijn tijd bij Domenica vervolgde hij zijn actuariële loopbaan bij de verzekeraar OHRA, Delta Lloyd en a.s.r., tot hij -mede omdat hij niet de diep inhoudelijke technische actuaris is- de overstap maakte naar het bureau van het Actuarieel Genootschap, de beroepsvereniging van actuarissen, waar hij als senior (inhoudelijke) beleidsprofessional een vaste waarde vormt binnen de afdeling beleid.    


Passie voor varen

Wat Corné gemeen had met zijn vader was hun gezamenlijke passie voor boten en varen. En dat was geen wonder want zijn vader had een boot, die aan de rand van de Biesbosch in de haven van Waspik lag. In 1991 kocht Corné zijn eerste boot, een open Beenhakkervlet. Hij spaarde het geld voor deze boot bij elkaar door in zijn vrije tijd vakken te vullen in de plaatselijke EDAH. In 2015 kocht hij zijn huidige boot, een oude sleepvlet die als sleepboot dienst deed op het IJsselmeer en tot op de dag van vandaag kun je Corné op zijn boot vinden, hij duikt in weekenden voor ontspannen vaartochtjes graag de Biesbosch in, maar maakt in vakanties ook langere tochten door het waterrijke Nederland met vriendin en/of zonen. “Voel me dan een erg blij en gezegend mens en supergelukkig.”  


 


De Hakkies

Corné, zijn goede vriend actuaris Jan de Wit en ondergetekende gaan lang terug, we delen onder meer dezelfde passie voor beeldhouwen. “De Hakkies” zijn in het zomerseizoen regelmatig te vinden op het beeldhouwcentrum Quadenoord in Renkum, waar ze in een oase van rust aan de bosrand steeds een dag lang werken aan hun beelden in steen. De creatieve kant van Corné uitte zich al op de middelbare school, waar hij veel tekende en een stripfiguur verzon. Corné heeft zich gespecialiseerd in het hakken van letters, vrije figuren en cijfers en heeft er een ware kunst van gemaakt. Hij is er zeer bedreven in en behoort tot de besten in Nederland. Hij gaat regelmatig naar het buitenland om zich daar verder te bekwamen door cursussen en masterclasses te volgen. Maar hij heeft zelf ook les gegeven in  letters hakken en beeldhouwen. Af en toe voert Corné werk in opdracht uit.  Zijn favoriete steensoort is Belgisch hardsteen. Op 31 augustus a.s. is Corné gevraagd aan de Oude Gracht in Utrecht ter plekke een letter in de reeks van de Letters van Utrecht te hakken. Komt dat zien!

Als ik later groot ben

What about de toekomst Corné? “Ik wil me verder blijven verbreden en verdiepen, daarom ook de studie Rechten en mijn rol in de begeleidingscommissie bij het Ministerie van Financiën bij de herziening van een aantal fiscale forfaits. Dit alles omdat ik in 2022 samen met Marc van Oers een wetenschappelijk artikel over belastingforfaits heb geschreven. 
 Ik wil nooit ophouden met het stellen van vragen, ik wil en zal nieuwsgierig blijven, verbaasd en verwonderd om de mensen en de wereld om me heen”. Hij wil openstaan voor nieuwe mogelijkheden en kansen. Met de boot lange en avontuurlijke trips maken. Hij wil ook nog reizen maken naar Australië, Nieuw Zeeland, de US en Scandinavië. Mooie plannen genoeg dus. Met als uitgangspunt: leef nu, maak er wat van en pluk de dag. Goede vriend: ik zie het je nog heel lang doen, en ben daar graag bij!